Terug naar het overzicht

Met een schelp op weg naar bezinning  

Bijzondere bodemvondsten

Zo nu en dan worden er bij opgravingen exotische schelpen gevonden. Een paar opmerkelijke exemplaren zijn de Sint Jacobsschelpen die we begin jaren negentig vonden aan de Breedstraat en het Ritsevoort.

Het merendeel van de vondsten uit de beerput aan de Bierkade komen uit het laatste kwart van de zeventiende eeuw. De ene schelp is in 1990 gevonden aan de Breedstraat. Hij werd aangetroffen in de oudst aangetroffen ophogingslaag op deze plek, uit de late dertiende of begin veertiende eeuw. De andere schelp kwam in 1994 uit een zeventiende- á achttiende-eeuwse beerput aan het Ritsevoort. Beide schelpen zijn ongeveer 10 cm breed.

In de schelp uit de Breedstraat zijn aan de bovenzijde twee gaatjes geboord, bedoeld om een koord door te rijgen. Zo kon je de schelp om de hals hangen of bevestigen op je kleding, je hoed of je tas. Deze schelp bleek toebehoord te hebben aan een pelgrim, die hem droeg bij zijn tocht naar Santiago de Compostella.

Jacobus de Meerdere

De Sint Jacobsschelpen verwijzen naar Jacobus de Meerdere. Een apostel van Jezus die begraven zou zijn in Santiago de Compostella, een stad in Noord-Spanje. Al in de Middeleeuwen werden de overblijfselen van deze heilige vereerd. Jacobus de meerdere was beschermheilige van onder andere arbeiders, soldaten, hoedenmakers en pelgrims. Zijn naamdag is op 25 juli. Jacobus wordt afgebeeld met de schelp op zijn tas, mantel of hoed. Ook heeft hij een staf.

Mensen ondernamen de pelgrimstocht naar Santiago de Compostella onder meer om tot bezinning te komen, in de hoop op een wonder bij ziek en zeer, als dank voor genezing of als opgelegde straf. Ook vandaag de dag zijn er nog veel mensen die deze pelgrimstocht ondernemen. Bijvoorbeeld als een nieuwe levensfase zich aandient maar ook wel om sportieve of nog steeds religieuze redenen.

Sint Jacobsschelp als symbool

De Sint Jacobsschelp is het symbool geworden van de pelgrimstocht naar Santiago de Compostella. De schelpen werden gedragen om de toewijding aan Jacobus de Meerdere te laten blijken. Daarnaast was je met de St. Jacobsschelp herkenbaar als pelgrim, wat handig was om onderweg, op de pleisterplaatsen, een veilig plekje, een slaapplaats en foerage te bemachtigen.

Zo’n pleisterplaats is bijvoorbeeld het Franse Villeneuve. In de Saint-Sépulcre kerk zijn manshoge fresco’s van pelgrims uit de veertiende eeuw te bewonderen. In onder meer kerken, kloosters, abdijen en gasthuizen werd de opvang van deze pelgrims geregeld. En onderweg werd in de kerken de heilige Jacobus aanbeden. Tegenwoordig wordt de route naar Santiago aangegeven met bordjes met gele pijlen én uiteraard de St. Jacobsschelp. Al kwam ik de St. Jacobsschelp in Spanje ook in het plaveisel tegen.

De aanbidding van Jacobus de Meerdere zien we ook terug in de Grote Sint Laurenskerk in Alkmaar. Hier prijkt een Sint Jacobsschelp samen met twee gestileerde pelgrimsstaven aan de bovenkant van de ingang van het portaaltje, schuin tegenover de Sint Laurensstraat. En ook in het gewelf van het Noorderdwarsschip zijn deze attributen te bewonderen.

Geïnspireerd geraakt om de pelgrimstocht naar Santiago te ondernemen? Wie weet doet u, tussen de Grote Kerk in Alkmaar en de kathedraal in Santiago de Compostella, wel een fantastische ervaring op!

Karin Beemster

Literatuur:

Bitter, P. 2016, Schaven aan Alkmaar, 25 jaar archeologisch onderzoek in beeld, Alkmaar, blz.123.

Misset, C., en A. te Stroete (red), 2018: De Grote Kerk van Alkmaar. 500 Jaar bouwen en behouden, Utrecht (Alkmaarse Historische Reeks XVIII), blz. 92 en 148.