Huisregels van het hofje van Paling en Van Foreest

In liefde samen leven

De bewoonsters moesten leven ‘ in die heilige vreese Gods, in goede vreede, liefde ende eendracht. ‘En zo gaat het hier eigenlijk nog altijd’, vertelt Ria van der Steenhoven, die samen met haar man Bert het hofje beheert: ‘Al is die vreese Gods wel minder geworden met de jaren. Er is hier onderling veel vrede, liefde en eendracht. De bewoonsters kijken naar elkaar om.’

Geen honden en op tijd binnen

De bewoonsters moeten ook nu nog altijd hun eigen stoepje schoonhouden, voor en achter. En zij mogen geen honden houden. Zo staat het ook al in de vroegste reglementen beschreven.

Het oudst bekende reglement van Provenhuis Paling-Van Foreest bestaat uit tien regels

Een paar voorbeelden

  • Sonder believen van de patroon’ mochten de vrouwen niemand, jong of oud, bij zich laten inwonen.
  • Als een bewoonster zich niet aan de regels hield, moest ze het hofje verlaten.
  • Gloeiende as moest in aarden potten of ketels bewaard worden. Dit was om brand te voorkomen. Maar goed ook, want de daken waren lange tijd van riet en dat maakte een brand extra gevaarlijk.
  • Iedereen moest ’s winters voor achten en zomers voor negen uur binnen zijn en mocht daarna niet meer naar buiten.
  • Als een vrouw zich niet aan de regels hield, moest ze voor zes weken ‘buitenshuis’. Bij de tweede of derde overtreding moest ze het provenhuis voor altijd verlaten.

Uitzondering

In dit hofje woonden normaal gesproken alleen vrouwen. Maar er hebben ook een paar mannen gewoond. Landmeter Pieter Coenen woonde in 1593 alleen, na het overlijden van zijn vrouw Aleid Jans. Hij viel binnen de regels omdat hij eerst echtgenoot was en later weduwnaar en ‘bloedvriend’. Twee jaar later trouwde Pieter met Doetgen, een bewoonster uit het hofje.

Bijzondere verhalen hofje van Paling en Van Foreest

Zo’n lange geschiedenis als die van dit hofje, moet wel bijzondere verhalen opleveren…

Meer hofjes in Alkmaar